Wettelijke verplichtingen
Wettelijke verplichtingen als ophaler of recuperant
Als ophaler of vervoerder van gebruikte frituurvetten en -oliën dient u aan bepaalde wettelijke verplichtingen te voldoen. In de 3 gewesten van het land dient u zich te laten registreren door de gewesten en te voldoen aan de Europese Verordening van 21 oktober 2009 dat bepaalt dat elk transport van niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten vergezeld moet zijn van het Europese handelsdocument.
Transport van gebruikte frituurvetten & -oliën
De inzamelaar, afvalstoffenhandelaar of -makelaar die gebruikte frituurvetten of -oliën inzamelt, of die handelt of makelt in gebruikte frituurvetten en -oliën die vanuit of binnen het Vlaamse Gewest worden getransporteerd, moet beschikken over een registratie als inzamelaar, afvalstoffenhandelaar of -makelaar, conform het VLAREMA.
Als hij zelf afvalstoffen zoals gebruikte frituurvetten en -oliën vervoert, moet hij ook beschikken over een registratie als vervoerder van die afvalstoffen.
Sinds op 16 augustus 2013 het Besluit Dierlijke Bijproducten van kracht werd, moet elk transport van gebruikte frituurvetten en -oliën vergezeld zijn van het Europese handelsdocument conform Europese Verordening 1069/2009
Opslag en hantering van gebruikte frituurvetten en -oliën
Overeenkomstig VLAREM I, dient elk bedrijfsterrein waar gebruikte frituurvetten en -oliën worden opgeslagen, overgeslagen of behandeld, over een milieuvergunning te beschikken. Vermits gebruikte frituurvetten en -oliën afvalstoffen zijn, moet de inrichting vergund zijn onder de afvalstoffenrubriek.
Voor de opslag en/of hantering van dierlijke bijproducten is een erkenning vereist, conform artikel 24 van Europese Verordening 1069/2009.
Transport van gebruikte frituurvetten & -oliën
Artikel 9 van de Décret relatif aux déchets (Besluit betreffende afvalstoffen) bepaalt dat de Waalse overheid de producenten, inzamelaars, vervoerders, verwerkers en gebruikers van afval onderstaande verplichtingen kan opleggen:
1° de bevoegde administratie informeren van het bezit en het vervoer van afval, onder andere door het gebruik van registers, toezichtdocumenten en bepaalde formulieren,
2° het ontvangst van een ontvangstbewijs bij de overdracht van afval of van een attest van verwijdering of verwerking van het afval.
De inzamelaar, afvalstoffenhandelaar of -makelaar die gebruikte frituurvetten of -oliën inzamelt, of die handelt of makelt in gebruikte frituurvetten en -oliën die vanuit of binnen het Waalse Gewest worden getransporteerd, moet beschikken over een registratie als inzamelaar, afvalstoffenhandelaar of -makelaar, conform het Besluit van de Waalse Regering van 13 november 2013.
Overeenkomstig de Europese verordening 1069/2009 moet elk transport van gebruikte frituurvetten en -oliën vergezeld zijn van het Europese handelsdocument.
Opslag en hantering van gebruikte frituurvetten en -oliën
Conform de lijst van geklasseerde inrichtingen elk opslagplaats voor niet gevaarlijk afval (waarvan gebruikte frituurvetten en -oliën onderdeel zijn) dient over een milieuvergunning te beschikken. De inrichtingen waar gebruikte frituurvetten en -oliën worden verzameld, gesorteerd, voorbehandeld et verwerkt zijn ook onderworpen aan een milieuvergunning, ongeacht de behandelde hoeveelheden.
Voor de opslag en/of hantering van dierlijke bijproducten is een erkenning vereist, conform artikel 24 van Europese Verordening 1069/2009.
Transport van gebruikte frituurvetten & -oliën
De Europese verordening 1069/2009 van 21 oktober 2009 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten en afgeleide producten is van toepassing sinds 4 maart 2011. Deze Verordening voorziet in artikels 23 en 24 dat al de beheerders van dierlijk afval zich moeten laten registreren. De beheerders van dierlijk afval zijn: vervoerders, ophalers, opslagcentra en/of verwerkingscentra.
Ophalers en vervoerders zijn onderworpen aan specifieke voorwaarden.
Opslag en hantering van gebruikte frituurvetten en -oliën
De ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen bepaalt dat inrichtingen waar frituurvetten en -oliën opgeslagen of verwerkt worden over een milieuvergunning moeten beschikken.
Voor de opslag en/of hantering van dierlijke bijproducten is een erkenning vereist, conform artikel 24 van Europese Verordening 1069/2009.